Het ovale dakraam
Het ovale dakraam
Pierre Reverdy, vertaling Jan H. Mysjkin
In 1910 verlaat Reverdy (1889 – 1960) Narbonne. In Parijs vindt hij zijn stek op Montmartre, vlak bij de Bateau-Lavoir, een complex van ateliers waar zowel schilders als schrijvers hun onderkomen hadden, onder wie Constantin Brancusi, Kees van Dongen, Juan Gris, Max Jacob, Pierre Mac Orlan, Amedeo Modigliani en Pablo Picasso. De ‘Wasboot’ is de broeikast van een nieuwe kunst – het kubisme – waar men ook Georges Braque, Guillaume Apollinaire en Gertrude Stein aantreft. Reverdy maakt er eveneens zijn opwachting, knoopt er vriendschap aan met de bewoners – in het bijzonder met Gris en Jacob – en ontdekt een dichtader in zichzelf.
Met deze eerste volledige vertaling van La lucarne ovale uit 1916, zijn tweede dichtbundel, is thans het vroege werk van Reverdy ruim in het Nederlands beschikbaar.
In 1989, het eeuwfeest van Reverdy’s geboorte, kreeg diens werk een plaats in Geert van Istendaels Top 5 van De Morgen’s recensenten. Hij verantwoordde zijn keuze als volgt: ‘Ik vind het adembenemend hoe Reverdy gewone woorden met angst belaadt, hoe hij schijnbaar banaal rijm en halfrijm hanteert, hoe hij landschappen en straten beschrijft en al beschrijvend omvormt tot iets kalms, iets boosaardigs, iets dat me ontvoert, ontroert.’